De voorgeschiedenis

In het voorjaar van 2010 is het betegelde buitenterras van het vrouwencentrum Vrouw en Vaart door de vrouwen van De Groene Vaart omgetoverd tot een prachtige ‘eetbare tuin’. Daaraan voorafgaand volgden de vrouwen een serie cursussen op het gebied van gezondheid, permacultuur en empowerment in het vrouwencentrum. Bij het creëren van de tuin werd die kennis in de praktijk gebracht. Het delen en onderling uitwisselen van kennis vormt een essentieel onderdeel van het project.

Bij het ontwikkelen van de plannen, het vorm geven en het uitvoeren van het tuinproject is Vrouw en Vaart met verschillende partijen om de tafel gaan zitten. Allereerst de naaste buren RIBW Meer en Oever (onderdeel van Cordaan), daarnaast Stadgenoot (woningcorporatie), leden van de Denktank Meer en Oever, bewoners van de Wildemanbuurt en vrijwilligers van Vrouw en Vaart.

De materiële basis voor de tuin werd gelegd door een professioneel hoveniersbedrijf, Jelmer Tuinen.

Het idee om samen met de buren van Vrouw en Vaart, RIBW Meer en Oever, het terras om te vormen tot een gezamenlijke voortuin die ruimte biedt aan ontmoeting, is onder meer van Jelmer afkomstig.

Voor de aansturing van de vrijwilligers en de implementatie van het project op een dusdanige wijze dat het daadwerkelijk een duurzame onderneming is geworden, werd Annet van Hoorn van Ahorn projecten bereid gevonden. Ahorn Projecten voor duurzaam groen werkt aan empowerment op het snijvlak van landbouw, milieu en gezondheid.

Sindsdien verwelkomt De Groene Vaart vrouwen in haar nieuwe tuin om samen te tuinieren, bijeenkomsten en workshops bij te wonen en deel te nemen aan excursies op het gebied van stadslandbouw. En om elkaar te ontmoeten, natuurlijk!